Reisverslag Guinée 2006

6-1-06
Daar ga ik dan. Helemaal in mijn uppie naar Guineé. Als het goed is word ik in Conakry afgehaald door familie van karfalla kanté, een kennis van mij. Eenmaal geland word ik overvallen door de hitte en vocht die zo kenmerkend zijn voor Conakry. Wel heerlijk om de geur van Guineé weer op te snuiven.
Na alle formaliteiten ga ik naar de emballageband en ja hoor, er staat iemand met een bord met mijn naam erop.Ik word een auto ingeloodst en na een kwartiertje zijn we aangekomen bij de flat. Ja, hoor, ik ga in een heuse flat logeren in Conakry.
Ik word heel gastvrij ontvangen door de familie en krijg een kamer toegewezen die ik ga delen met Mbalou, een Guinese schone van een jaar of 18.
7-1
Wat een erbarmelijke nacht! De slaapkamer beschikt over een airco. Het is een aan-uit ding.
Hij start op ( lijkt op een tractor ) en na een paar minuten slaat ie weer af. Als je net weer in aan het dommelen bent, start ie weer op, brrrroemmm. Misschien mag ie vannacht uit.Ik maak kennis met de familie en er blijven mensen in en uit lopen om me te begroeten. Ik maak ook kennis met Karfalla, die me de komende 3 weken zal begeleiden hier in Guineé.En met Tonton, de heer des huizes, die me ook naar Kouroussa gaat brengen maandag.
Een hele aardige, rustige man.
Na het ontbijt gaan we een paar bezoekjes afleggen. Eerst naar de moeder van Karfalla, mijn kennis in Venlo. Vanaf nu noem ik hem Karfalla Venlo, om verwarring te voorkomen met de Karfalla in Guineé.
Daarna gaan we naar het erf van mensen waarmee ik tijdens mijn vorige Guineé reis veel ben opgetrokken. Het is erg leuk om iedereen weer te zien. Maar op de een of andere manier blijken we elkaar niet meer zoveel te zeggen te hebben.Ik heb ook nog een afspraak met Delmundo. Wat ontzettend leuk om hem weer te zien en wat is het al lang geleden! Hij vertelt dat er vandaag een percussiefestival is in Conakry en belooft me later die dag te bellen om te vertellen waar het is.
Dat doet hij ook en Karfalla, Sékou en ik gaan op pad. Het is werkelijk geweldig! Een uitgebreid assortiment fantastische spelers en zelfs ‘les ballets africaines’ ( het nationaal ballet van Guineé) zijn er om de boel dansant op te luisteren. Er wordt veel geld gegeven door het publiek aan de muzikanten.
Wauw en dat allemaal op mijn eerste dag hier!
s’Avonds gaan we nog uit en ik geloof dat we om 4.00 uur thuis waren.
8-1
Lekker rustig aan gedaan vanochtend. Maar dan is het tijd om op zoek te gaan naar Sékou Touré, de zoon van Arafan Touré. Hij is bezig met de bouw van een muziekcentrum en ik wil gaan kijken of het iets is als locatie voor IDON!, waarmee we volgend jaar een tweede poging gaan ondernemen om naar Guineé te gaan. ( zie reisverslag 2005 )
Éénmaal bij Sékou aangekomen, blijkt hij graag bereid het centrum te laten zien.
Even een auto regelen, tanken voor 4 euro ( staan we over een uur weer bij het tankstation, lijkt me) en dan richting het muziekcentrum.
Het ziet er allemaal heel goed uit, alleen is het nog lang niet af.
Dan gaan we richting vliegveld om geld te wisselen. Morgen vertrek ik voor ruim 2 weken naar Kouroussa en Baro, waar het moeilijk is geld te wisselen. Ik wissel € 400,- en heb daarna letterlijk een hele zak vol met geld. Daarna zet Sékou ons netjes af bij de flat.
Op zich wel grappig. Je belt zo iemand, hij weet niet eens dat je komt en vervolgens gaat hij de rest van de dag met je op pad.
s’Avonds mijn haar laten vlechten door Mbalou en op tijd naar bed. Tonton wil morgenochtend om 6.00 uur vertrekken.
Ik heb het gevoel alsof ik al 2 weken hier ben i.p.v. 2 dagen. Zo helemaal alleen in Afrika is heel intensief, je zit er helemaal in dan. Ik vind het super.
9-1
Alweer een erbarmelijke nacht.
Ik had Mbalou gevraagd of de airco uitmocht, maar het alternatief bleek nog erger.
Vlak bij het huis loopt een spoorlijn, maar er is geen spoorwegovergang.
Dus ieder uur een luid toeterende trein, schreeuwende mensen, harde muziek en vanaf 4.00 uur hanengekraai. Geen enkele oordoppen die daartegen helpen.
Maar in ieder geval, om 7.00 uur zitten we in de auto, klaar om te vertrekken naar Kouroussa.
Tegen 8.00 uur krijg ik honger en wil een stokbrood kopen. Maar Tonton wijst op de schaal die zijn vrouw heeft meegegeven, maar ik zeg resoluut nee. De mensen zijn ontzettend gastvrij en willen je het beste geven, met als gevolg dat je zowat 3 x per dag warm eten krijgt.
Maar s’morgens om 8.00 uur koude frieten met vis, is me iets teveel van het goede.Ik houd sowieso mijn hart vast voor de reis, want ik heb gisteravond 2 tabletten genomen tegen verstopping. Het wilde niet lukken met dat toilet daar in de flat.
Onderweg stappen er nog een aantal mensen in de auto, die blijkbaar ook meegaan richting Kouroussa. Na 1,5 uur stoppen we in Kindia. Ik neem een koffie en een sigaret en dan werken de tabletten. Maar er is geen gelegenheid. Vlakbij is een tankstation en Tonton loopt er met me heen. Wat ik daar zag, kan ik niet beschrijven, maar ik besluit dat ik nog liever weer verstopping krijg.
Gelukkig stoppen we na een kwartier nog een keer, ditmaal om voile de la Marie te bezichtigen. Het is een erg mooie plek, waterval, bamboe en… een kampement van ronde leemhutjes met toilet. Godzijdank!
Daarna rijden we de hele dag door. We stoppen alleen om te bidden, tanken en af en toe een familielid gedag zeggen.
De weg is gelukkig goed, behalve het laatste stuk weg voor Kouroussa.
We komen in het donker aan bij de familie van Tonton en de ontvangst is ongelofelijk hartelijk en enthousiast. Iedereen komt naar me kijken en wilt mijn hand schudden.
Er word eten gebracht en ik ben blij als ik salade zie. Effe geen rijst of friet met vis.
Na het eten horen we muziek en gaan erheen. Morgen begint het offerfeest, dus vandaag wordt Konden gepeeld.
Het is super! Er zijn muzikanten en dansers. De vrouwen staan eromheen en moedigen de dansers aan.
Na een tijdje gaan we weer, moe van de lange reis. Maar het is nog lang niet afgelopen. Het gaat de hele nacht door en wederom slaap ik niet veel. Heb het ook koud, mijn slaapzak zit nog in de koffer. Tegen 7.00 schijnen de muzikanten uitgespeeld te zijn.
10-1
Om 8.30 sta ik op. Slapen lukt toch niet meer. Het lijkt wel alsof het hele erf zich onder mijn slaapkamerraam verzameld heeft.
Het ontbijt staat al klaar. Stokbrood met gebakken aardappelen, ui en ei.
Het tabaski(offer) feest is begonnen. Tijdens het ontbijt ben ik getuige van de laatste stuiptrekkingen van een rund en een geit. De rest van de dag zijn de mensen op het erf bezig met villen, ontleden en weet ik veel wat.
Het wordt een rustige dag met veel visites en ja, je raad het al, veel eten. Ik word er gek van! Ik word letterlijk volgepropt en men vind iedere keer weer dat ik alles op moet eten, wat natuurlijk niet lukt.
Tegen vijven gaan we naar Mamady Traoré, een djembé speler uit Kouroussa. Later blijkt dat hij de solist is bij alle feesten in Kouroussa die ik heb gezien.
We maken afspraken over danslessen. Morgen beginnen.
We gaan een cola drinken in het dorp en er komt een man naar ons toe die me belooft iets voor me te organiseren in een dorp. Hij vraagt me zelfs welke dansen ik wil zien. Geweldig toch!
Er zal vandaag geen muziek gemaakt worden, want de muzikanten zijn moe van afgelopen nacht. Vandaag is het feest van het eten en de kinderen. Dus eenmaal thuis, ja, je raad het al, eten!
11-1
Hè, hè, eindelijk goed geslapen. Als ontbijt weer stokbrood met frieten en gebakken ei in veel olie. Als dat zo doorgaat, ben ik vierkant als ik weer naar huis ga.
Na het ontbijt komt er een griot langs met een megafoon. Ze begint liederen voor me te zingen en hele erf stroomt vol.
Ik moet er natuurlijk wel wat geld voor geven, wat tot gevolg heeft dat ze nog een paar liedjes voor me zingt.
Beetje vreemde situatie. Ik zit daar op een stoel, griot voor me die me de hemel inzingt en een erf vol mensen. Weet me dus ook niet echt een houding te geven.
Dan is het nu tijd voor mijn eerste dansles. Maar eenmaal bij Mamady blijkt er een misverstand te zijn. Hij dacht dat ik muziekles wilde. Maar geen nood, er worden meteen wat mannetjes op weg gestuurd om een danseres te halen. In de tussentijd maken we muziek, het ritme Djaa.
Mamady wil dat ik alle instrumenten speel en hij is zichtbaar geamuseerd. Ik ben blij dat Ponda O’Bryan in Nederland mijn leraar is.In de tussentijd arriveert de danseres, Aminata.
We werken aan Djaa en Dendon. De traditionele passen. Het is erg leuk, moet alleen nog even wennen aan het publiek dat erbij staat, maar dat lukt gelukkig snel. Dat weet je van tevoren, dat je altijd publiek hebt tijdens de les. De warmte speelt me parten. Net als tijdens mijn vorige Guineé reis, heb ik les tussen 12.00 en 14.00 uur. Dat komt omdat er 2 Duitsers bij Mamady logeren, die muziekles van hem hebben. Maar als het goed is vertrekken die morgen voor een paar dagen naar Sangbarala, dus kan de les s’ochtens.
Éénmaal thuis, neemt Tonton me mee naar een ander erf, waar ik To moet eten. To wordt gegeten door de doundounba dansers voordat ze gaan dansen. Het schijnt dat je dan heel krachtig kunt dansen.
In ieder geval, een deeg op maniokbasis, waar je iets van af moet halen met je handen, dan in een waterige saus onderdompelen en vervolgens zonder kliederen naar binnen werken.
Het hele erf staat wederom te kijken en te lachen om mijn gehampel. Gelukkig hoef ik niet alles op te eten.
En dan is het tijd voor het eerste doundoumba feest. Nou en dat is me een feest, wat een spektakel, wat een spektakel! Fantastisch, wat ben ik blij dat ik de keus heb gemaakt om eens naar de traditie te gaan. De doundoumba wordt door jongens en mannen gedanst. Iedere leeftijdsgroep vormt een aparte groep. Natuurlijk moet ik ook dansen en de hele menigte joelt en juicht. Ze vinden het geweldig. Daarna wordt er solo voor me gedanst en gezorgd dat het zand rondom mij nat genoeg blijft, zodat het niet te stoffig word. Ongelooflijk, wat zijn de mensen hier toch gastvrij!
Als de doundoumba op zijn einde loopt, lopen de volwassen dansers met fakkels rond en wordt het oorlog op de dansvloer. De sterkeren jagen de zwakkeren van de dansvloer met hun fakkels. Het gaat er erg heftig aan toe. De menigte toeschouwers vliegt snel uitelkaar, want de mannen met fakkels grappen niet.Domany (de vrouw die voor me kookt en wiens kamer ik in beslag genomen heb) en Fanta willen met me uit. Karfalla gaat ook mee, hij wijkt niet van mijn zijde. We gaan tegen 22.00 uur. Eigenlijk moet je een entreebewijs hebben, maar Fanta praat, schreeuwt en duwt erop los en voor ik weet, zijn we binnen. Een grote loods met stoelen en we zitten vooraan. Het voorprogramma is om 23.00 uur afgelopen, maar het uiteindelijke concert begint pas om 0.30 uur. Ik val bijna in slaap.
Maar het concert was het wachten waard. Sona Tata zingt goed en blijkt een rasartieste te zijn. De hele zaal gaat uit zijn dak en blijft maar met geld strooien op het podium. Ongelofelijk. Hele stapels bankbiljetten vliegen over het podium. Er is een mannetje die dat iedere keer verzamelt en opbergt. Zelfs kostbaarheden, horloges en andere sieraden.
Om 03.00 uur lig ik in bed en om 8.00 uur weer op voor de dansles.
12-1
Het ontbijt bestaat vandaag uit massa’s gekookte aardappelen en eieren. Ik zeg dat ik voor het dansen niet veel kan eten en beloof het smiddags op te eten. De dansles is erg leuk vandaag. Na de les eten en even rusten. Tegen 15.00 uur vertrekken we naar het dorp Mourignouma.
Demoussa Traoré heeft iets voor me georganiseerd. Het is een echt traditioneel dorp. Sommige kinderen zijn bang voor me, andere nieuwsgierig.
Het is fantastisch! Het hele feest is speciaal voor mij georganiseerd. Er zijn muzikanten en maar liefst 8 dansers helemaal uitgedost in traditionele danskleding. Ze dansen Bandogialli, Bolokonondo en Konkoba. Tsjonge, jonge zeg, dat ik dat allemaal mee mag maken. Het is heel speciaal. En natuurlijk moet ik ook weer dansen, tot grote hilariteit van de dorpelingen. Het hele dorp loopt mee terug naar de auto en onderweg passeren we een dorp waar Tassaba aan het dansen is. We gaan erheen, maar lang duurt het niet, want het vel van de djembé solist scheurt en er is geen reserve. Maar niet getreurd, de vrouwen gaan zingen en klappen. Het is een lied dat ik ken van 1 van de cd’s van Mamady Keïta, dus ik zing luidkeels mee. Super!
Bij thuiskomst bedank ik Demoussa traoré en geef hem geld. Hij heeft me een geweldige middag bezorgd.
13-1
Oh, oh, oh, wat een spierpijn. Ik kom amper m’n bed uit. Niet normaal zeg! Alles doet zeer.Ontbijt: koude frieten, brood en gehakt gevuld met ei. Ik wil niet ondankbaar overkomen, maar het is gewoon heftig zo morgens om 8.00 uur en ook nog voor de dansles.
Op de dansplek verschijnt Mansa Camio, bij wie ik in Baro ga verblijven. Ik vraag hem of het goed is als Karfalla ook een paar dagen meekomt. Ben alleen benieuwd wat het kost.
De les is wederom hartstikke leuk en iedereen doet zijn best om me de danspassen aan te leren. Ze zijn zo aardig en behulpzaam hier! Het vrouwelijke publiek zingt en klapt ook steeds liedjes tijdens de lessen.
Thuisgekomen haal ik mijn vlechtjes eruit en er komt meteen een vrouw, Bébé, naar me toe om te helpen en biedt me aan om opnieuw te vlechten.
Als ik ongeveer half klaar ben, hoor ik muziek. Er is weer een feest op het dorpsplein. Er is Dendon en Konden. Maar ja, met zo’n half afgevlochten kop… Ben ook wel een beetje boos op Mamady, dat hij er niets over gezegd heeft tijdens de les. Als ik klaar ben gaan Karfalla en ik alsnog. Het is alweer geweldig. Men kent me al een beetje, dus ik sta nog geen minuut en er word van alle kanten aan me getrokken om weer te dansen. De hele menigte weer juichen en joelen. Echt leuk!
Na het eten nog even Kouroussa in voor een koude cola. Kouroussa telt ongeveer 15.000 inwoners, maar is eigenlijk een groot dorp. Er is geen elektriciteit en er is helemaal niets loos.
Maar weer naar huis en op tijd naar bed. Ik hoor van alles op de kamer, allerlei geritsel, gekruip op de muren, zelfs gepiep. Brrr, durf niet eens te kijken, hup onder het muskietennet en oordoppen in.
14-1
Tonton is vertrokken terug naar Conakry. Hij moet weer aan het werk. Karfalla en ik zitten nu verlegen om vervoer. Maar dat is snel opgelost. Karfalla komt een oude vriend tegen die een motor heeft. Dus hup, met z’n 3en erop en naar de les. Na de les komt de vriend ons weer halen en gaan we bij 2 hotels kijken of ze geschikt zijn als onderkomen voor de IDON! Reis van het volgend jaar.
Daarna weer naar huis en Tété, 1 van de danseressen komt langs. Er is een Djalaban vanmiddag. Een Djalaban is een feest voor vrouwen georganiseerd door vrouwen. Het is het laatste feest van de bruid voorafgaand aan de bruiloft. Tété wil constant dat ik dans, maar op een gegeven moment ben ik op. Mamady Traoré kijkt me steeds vragend aan om djembé te spelen, maar ik durf niet.
Ik ga even apart en bel naar huis. Als ik mijn zoontje aan de telefoon heb, moet ik toch even slikken. Hij is nog pas 3 jaar, ik mis hem.
Daarna loop ik terug naar de Djalaban waar het feest in alle hevigheid is losgebarsten.
Ik moet en zal nog 1 x dansen van Tété en het is ook wel heel erg leuk. De mensen vinden het allemachtig prachtig.
Vanavond gaan we naar de disco, het is zaterdag. De disco is bij hotel Sogona, net buiten Kouroussa. Het is leuk, maar vreselijk heet.
Salim, de vriend van Karfalla, heeft erge tandpijn. Ik heb met hem te doen. In Kouroussa tandpijn hebben of in Venlo, lijkt me toch een groot verschil.
15-1
Sorry, ik kan het niet laten. Ontbijt: spaghetti met mayonaise en vlees, aardappelen met vlees, brood en koffie. Tsjeezus!! Vandaag de laatste les. Het was zo’n gave week hier in Kouroussa. Na de les foto’s maken en ik beloof ze volgend jaar mee te nemen.Dan naar huis en ik ga me klaarmaken voor de volgende trip: Baro.
We gaan met de motor. Een koffer van 20 kg achterop, geen beschermende kleding.
Demoussa Traoré is mijn chauffeur, een al wat oudere man. Het is best een avontuur, deze rit. Toch niet niks, zo’n koffer achterop.
Maar, we komen heelhuids aan in Baro. Mijn onderkomen is een Afrikaanse hut, helemaal voor mij alleen.
‘s Avonds maak ik kennis met de rest van de groep blanken die hier in Baro is.
En eindelijk, voor de eerste keer schep ik mijn eigen eten op en bepaal zelf de hoeveelheid. Ik eet dus ook niet veel. Want na 1 week heb ik een buik als een ballon.
Als ik naar mijn hut ga, rook ik nog een sigaret in mijn openlucht badkamer. En geniet met volle teugen van deze privacy. Lekker, een week lang mijn eigen plekkie, hier in Baro. De sterrenhemel is prachtig en de krekels schreeuwen om het hardst.
Als ik in bed stap, blijkt de matras van stro. Benieuwd hoe dat slaapt.
16-1
Jeetje mina zeg, wat een matras! Keihard en het stro of de beestjes die erin zitten, slaan me op de luchtwegen. Maar goed, zal wel wennen.
‘s Morgens hebben we een bijeenkomst met de blanken, Mansa Camio en anderen over hoe de komende week eruit zal zien. Vandaag gaan we in ieder geval naar Kankan, waar een feestelijke afsluiting van het Tabaskifeest schijnt te zijn.
We gaan met een busje dat bestemd is voor ongeveer 12 personen, maar volgens mij gaan we met een man of 35.Éénmaal in Kankan doen we de rest van de middag niets anders dan wachten, wachten, wachten.
En als we helemaal murw zijn van het wachten, begint het feest.
Nou, het is het wachten dubbel en dwars waard. Wat een spektakel! Zoiets heb ik nog nooit gezien. Wat een dansers, wat een muzikanten! Wauw!
Op de terugweg naar Baro is het busje nog voller dan op de heenweg. Onderweg krijgen we een klapband. Het is een zeer intensief moment, maar uiteindelijk komen we veilig tot stilstand. Er blijkt geen reserveband aanwezig te zijn en ik krijg onmiddellijk een déjà vu met de IDON! Reis van het vorige jaar. Het is midden in de nacht. Maar gelukkig rijdt Mansa
achter ons aan en hij rijdt door naar Baro om een reserveband te halen voor ons.
We zijn om 1.30 uur thuis, waar een lekkere salade op ons wacht.
17-1
Dat matras hier, niet te geloven! Geen wonder dat ik ’s nachts en ’s morgens hoest!
In Baro is het feest. Wissel van de Baratti. Komt maar eens in de zoveel jaar voor.
Het heeft met het opschuiven van de leeftijdsgroep te maken. De hele dag, van de ochtend tot de avond, wordt er muziek gemaakt en gedanst op de Barra, het dorpsplein.
Op het einde van de dag is heel Baro in 1 stofwolk gehuld. Wat een reis, wat een reis!
18-1
Ook vandaag is het feest in Baro. Nog steeds vanwege de wissel van de Baratti.
’s Middags is er een Djalaban. ’s Avonds weer doundounba’s. Er blijkt ook nog een bruiloft te zijn. Jeetje, wat houden deze mensen van dans en muziek.
Ik zit echt in het hart van de Malinke hier.
Om 21.30 ga ik naar bed, ben bekaf. De muziek gaat maar door.
19-11-07
Wat een nacht, wat een nacht. Het gerommel in mijn buik heeft me uit mijn slaapgehouden, het geloei van de koeien, om 5.00 uur de imam en vanaf 6.00 uur begint de muziek weer. Geloof je het? M’n buik gaat als een idioot tekeer, maar ik voel niets, gelukkig..
Weer zo’n moment om aan thuis te denken, het voelt alsof ik al tijden in Afrika ben.Vandaag 2 dagdelen muziekles. Ze zijn leuk en leerzaam. Na de les weer een doundoumba. De mensen krijgen er maar geen genoeg van. ’s Avonds is er ook weer ergens een feest, maar ik heb geen puf meer. 

20-1
Gelukkig gaat mijn buik in de loop van de dag weer normaal doen.
Karfalla is vanochtend voor een paar dagen naar zijn zus in Kankan vertrokken. Ook wel effe lekker, denk ik zo.
De les is weer leuk en vanmiddag gaan we naar Bransan, het dorp van 1 van de djembé solisten, waar een Konden feest zal zijn. Ook weer super! Een heel verhaal, met maskers. Konden is een soort boeman, waarvan verteld wordt dat hij stoute kinderen komt halen en straffen. Maar in werkelijkheid is het gewoon een muzikaal en dansant feest.
S’Avonds komt er nog een balafoonspeler langs mét balafoon. Erg mooi.
21-1
De les is pittig vandaag. De groep is in tweeën gesplitst.
De balafoonspeler komt in de loop van de avond weer langs, dit maal mét een bolonspeler, die ook zingt. Wauw, prachtig is het.
Daarna naar de disco, het is zaterdag. Het is een geïmproviseerde disco met joekels van boxen en een geluid jonge! In de disco kun je niets drinken, alleen dansen.
22-1
Vandaag les gehad en s’avonds lekker een biertje gedronken.
23-1
Vanochtend weer muziekles en vanmiddag een Djalaban, voor mij georganiseerd, omdat ik bijna vertrek. Muziek, dans, het is weer heel gezellig. Maar eerst dans ik de Bolokonondo met Sékouba. Het is keigaaf, met de muzikanten uit Baro als dansbegeleiding.
s’Avonds komt Karfalla terug uit kankan. Zijn stem is helemaal hees. Hij heeft gisteren voetbal gekeken, Guineé tegen Zuid-Afrika.
24-1
Vandaag naar Kankan, er is een Djalaban en de muzikanten van Baro zijn gevraagd te spelen en te dansen. Maar eerst naar de markt, om stof te kopen voor nieuwe pakken voor de danseressen van IDON!
Daarna naar de Djalaban. Het is me weer een happening! Ditmaal met geluidsinstallatie en megafoon voor de zang. Jeetje zeg, wat een geluid. En hard, hard, na afloop piepen onze oren en sommigen zijn letterlijk doodmoe van de herrie. Ikzelf amuseer me kostelijk en moet nadat ik 1 x gedanst heb, bijna onophoudelijk de dansvloer op. Ik krijg zelfs geld.
25-1
Vanochtend gaan we met de fiets naar een meertje, niet ver van Baro. Maar het lijkt meer op een modderpoel waar nog een beetje water instaat. Er staan een paar 100 mensen omheen. Op het startsein van iemand, rent iedereen tegelijkertijd het waterin om de vis die er nog inzit, uit te halen. Op deze manier heeft iedereen gelijke kans om de laatste vis die er nog inzit te vangen. Als er nog veel langer gewacht zou worden, droogt de poel helemaal op en is er voor niemand niets meer.
Na het middageten brengt Mansa Camio Karfalla en mij naar Kankan, naar de zus van Karfalla, waar we zullen overnachten alvorens morgen terug te rijden naar Conakry.
Nu ben ik weer alleen tussen de Afrikanen. Toch heel anders dan met een groep blanken, heel speciaal. Binnen no time is het etenstijd en er wordt een hele kip voor me klaargemaakt! Nog wat kletsen en op tijd naar bed. Ik heb weer eens een complete slaapkamer toegewezen gekregen en de familie slaapt in de voorkamer.
26-1
Wat een dag, wat een dag1. Om 6.30 eruit voor de reis naar Conakry. We gaan naar de ‘gare voiture’ om een bushtaxi te zoeken. We hebben geluk, want er blijkt vandaag maar 1 auto te gaan. We proppen ons met 10 personen in de auto en gaan op weg. In Kouroussa een korte stop voor het ontbijt van de chauffeur. Daarna rijden we tot 16.00 bijna non stop door. We stoppen alleen 2 x kort voor het gebed van de mannen. Om 16.00 uur stoppen we in Mamou, om iets te eten. Maar bij het zien ervan, vergaat mij al honger en dorst. Ongelooflijk dat mensen hier kunnen eten. Wat een smeerzooi zeg! Ik koop dus maar een stokbrood en eet hem droog op. Snel weer verder en alle mannen in de auto luisteren naar de voetbalwedstrijd Guineé-Zambia. Het zijn allemaal kraakradiootjes met een constante pieptoon. Ik geloof dat ik er koppijn van kreeg.
Om 21.00 uur zijn we thuis en de ontvangst is heel erg hartelijk. Ik wil me opfrissen en eten en ga naar de slaapkamer. Als ik op bed ga zitten, komt er een groot beest de kamer binnen en verdwijnt in de klerenkast van Mbalou. Ik weet niet wat het is muis of rat, maar het is in ieder geval erg groot. Ik vlucht naar de huiskamer om melding te maken van mijn ontdekking, maar daar kijkt men mij alleen maar aan alsof ik iets vreemds gezegd heb. De oom stelt me gerust en zegt dat het beest allang de kamer uit is als ik naar bed ga.
Ik ga maar weer op bed zitten om te eten en geloof het of niet, komt er nog zo’n joekel de kamer opgerend en verdwijnt ook in de klerenkast. Nog geen 5 tellen later een hoop herrie en gepiep in de kast, blijkbaar maken ze ruzie. Lieve help, zo doe ik geen oog dicht vannacht.
s’Avonds gaan we nog met Sékou en Mbalou naar de disco. Eigenlijk zijn Karfalla en ik helemaal gaar van de reis, maar we hadden het beloofd. Éénmaal in de disco word ik vanzelf wakker. Als we een minuut binnen zijn, gaat de volumeknop omhoog. Djembés, douns en bellen zijn er niets bij! En dat in combinatie met de geluidskwaliteit. Jeetje mina zeg! Het doet letterlijk pijn aan de oren. Maar niet zeuren, laatste avond, dus nog even doorzetten.
Om 3.00 uur lig ik in bed, oordoppen in en niet meer aan het vee in de klerenkast denken
27-1
Rond 7.00 uur word ik wakker. Mensen lopen in en uit de slaapkamer. Het is een gewone werkdag. Dus sta ik ook maar op, want dit schiet ook niet op, al die mensen. Ik kan niet zeggen dat ik me echt goed voel, maar ik ben wel blij. Het is de laatste dag en morgen zie ik mijn kind weer. Het lijkt alsof ik al tijden weg ben van huis. Zoveel gezien en geleerd. Ik heb het echt tof gehad.
De dag wordt gevuld met allerlei bezoekjes, waaronder ook centre Nimba. Hier leren kinderen met een handicap lezen, schrijven en een vak. Het centrum ziet er mooi, schoon en verzorgd uit en lijkt me een prima onderkomen voor de IDON! Reis van het volgende jaar.
Daarna naar huis, spullen pakken en afscheid nemen van iedereen.
Als ik naar het vliegtuig loop, is het heerlijk om nog een paar keer de zwoele lucht en geur van Guineé in te ademen. Eenmaal in het vliegtuig is het al behoorlijk frisjes, brrr.
Alweer een Afrika avontuur ten einde….